Van houten schuur tot energiespecialist – 100 jaar Aartman Elektrotechniek
Martha van den Hengel, directeur van Mensen Maken de Transitie, schreef het al treffend: “Elektricien? Dan heb je werk voor jezelf en de generaties na je!” Want vakmensen zijn en blijven onmisbaar. Voor de energietransitie, voor onze infrastructuur, voor de toekomst van Nederland. Het verhaal van Aartman Elektrotechniek laat dat zien. Al honderd jaar lang bouwt dit familiebedrijf aan kwaliteit en betrouwbaarheid, en nog steeds draait alles om vakmanschap.
Aartman Elektrotechniek bestaat 100 jaar. De grootvader van de huidige directeur Ben begon in een houten schuur naast zijn huis. Hij verkocht lampen en legde installaties aan bij mensen in de buurt. Daar begon het mee, maar daar bleef het niet bij. Het bedrijf groeide uit tot een bekende speler in de energiesector. Klanten komen zelfs uit het buitenland, voor kwaliteit en vakmanschap. En dat vraagt om goede mensen. Juist die zijn lastig te vinden.
Familiebedrijf
Ben Aartman groeide op tussen de installaties. “De eerste zestien jaar liep ik vooral in de weg,” zegt hij gekscherend. Zijn grootvader begon het bedrijf in 1925. In de jaren daarna bouwde de familie aan een vertrouwd adres voor elektrotechnisch werk in Noordwijkerhout en omgeving. Nu werken er zo’n tien mensen in vaste dienst. Toch levert het bedrijf projecten af waar menig grotere installateur zijn handen vol aan zou hebben. “Vorig jaar leverden we een transformator van veertig MVA voor een windtunnel. Die installatie voert zonne-energie terug naar het 110 kV-net. Een opdracht van formaat, die direct bijdraagt aan de energie-infrastructuur.”

Vakmensen
Toch draait het bij Aartman niet om grootte, maar om kwaliteit. En om mensen. “Wij kunnen veel, maar we kunnen het niet alleen. Zonder technici valt alles stil.” Volgens Ben zit daar de uitdaging. Jongeren willen wél aan de slag in de techniek, maar goede stageplekken zijn schaars. “Niet omdat we ze niet willen helpen. We hebben gewoon te weinig mensen om ze goed te begeleiden. En als je geen tijd hebt voor één-op-één aandacht, moet je het niet doen.” Ook binnen andere bedrijven ziet hij die worsteling. “De wil is er, de capaciteit ontbreekt. En daardoor loopt het vast.”
Slim samenwerken
Die uitdaging vraagt om creatieve oplossingen. Ben pleit voor nog meer samenwerking binnen de sector. “Grote installateurs en netwerkbedrijven hebben bedrijfsscholen. Daar kunnen jongeren nog wel goed begeleid worden. Daarna kunnen ze bij een kleiner bedrijf als het onze verder groeien. Zo houd je vakmensen binnen de techniek én bied je perspectief.” Zelf werkt hij ook met zijinstromers. “Eén van mijn beste monteurs stond vroeger in de keuken als kok. Je moet creatief blijven, anders red je het niet.” Als voorzitter van de vakcommissie Elektrotechniek bij Techniek Nederland en lid van de landelijke normcommissie NEC 64 probeert hij die samenwerking ook landelijk aan te jagen. “We hebben elkaar nodig. Alleen samen kunnen we de energietransitie voor elkaar krijgen.”
Maar ook het onderwijs moet meeveranderen, vindt Ben. Die creativiteit is namelijk ook nodig omdat jongeren vaak met verouderde kennis van school komen. “Ze missen cruciale onderdelen zoals kennis over normalisatie. Dat is wel de basis van ons werk.” Binnen Techniek Nederland pleit hij al jaren voor beter praktijkonderwijs. “Als de lesstof slecht aansluit op de werkvloer dan kost dat bedrijven veel extra tijd om iemand in te werken.” En die tijd is door de grote druk van de energietransitie schaars.
Klein team, grote klussen
Die tijdsdruk maakt het des te belangrijker om slim te werken. Aartman heeft een klein team, maar pakt projecten van formaat aan. Van hotelinstallaties tot windtunnels en datacenters. “Een tijd terug hadden we een klus met 45 man tegelijk op de vloer. Dat regel je niet zomaar.” Tegenwoordig werkt hij liever met een vaste kern van mensen. Bewust. “We huren niet zomaar extern in. Dan raak je het overzicht kwijt, en dus de kwaliteit. En juist kwaliteit voorkomt storingen.”
Ben pakt zijn telefoon erbij, en lacht: “Die filosofie betaalt zich uit: de storingsdienst komt binnen op mijn telefoon en wordt slechts een paar keer per jaar gebeld. Dat lukt alleen als je zorgt dat alles in één keer goed zit.”

Vertrouwen en vakmanschap
Juist in die precisie en betrouwbaarheid zit de kracht van het bedrijf. Of het nu gaat om een contactdoos bij een particulier of een middenspanningsinstallatie voor een internationale klant, de werkwijze blijft hetzelfde. Ben loopt het liefst ook zelf nog mee met klussen. “Zondag doen we onderhoud aan een installatie. Dan sta ik er gewoon bij. Niet omdat ik moet, maar omdat ik het interessant vind en wil weten dat het klopt.” Klanten vertrouwen op zijn advies, juist omdat hij zelf met de voeten in de klei staat. “En als er iets misgaat, lossen we het op. Punt.”
Blik vooruit
Ondanks alle uitdagingen kijkt Ben optimistisch naar de toekomst. Hij voorziet dat het vak de komende 25 jaar ingrijpend verandert. “We gaan naar systemen die minder arbeidsintensief zijn. Stekkerbare installaties, prefab-oplossingen, dat maakt veel werk eenvoudiger.” Maar dat betekent niet dat er minder kennis nodig is. Integendeel. “Je hebt straks minder mensen nodig, maar wél de juiste. Mensen die weten wat ze doen, installaties kunnen doorrekenen, aansluiten en in bedrijf stellen.” Hij schetst een tweedeling in de markt: bedrijven met vakkennis blijven bestaan. De rest doet alleen nog het voorbereidende werk.
Als de oude Aartman zijn bedrijf nu terug zou zien, wat zou hij dan zeggen? “Ik denk dat hij echt versteld zou staan. Om de schaal, de techniek, de complexiteit van het werk. Dat had hij zich in die houten schuur naast zijn huis nooit kunnen voorstellen. Maar hij zou ook iets herkennen. Opa Aartman begon met vakmanschap voor de buurt, en precies dat vormt honderd jaar later nog steeds het fundament.”